top of page

Locatie:

Veenkoloniën

Opgave:

Ontwerpcompetitie voor een landschapsplan

Opdrachtgever:

-

Samenwerking

-

Planteam:

Energielandschappen.nl

Oppervlakte:

-

Ontwerpperiode

2011-2012

Status:

Eervolle vermelding

Participatie:

N.v.t.

Veenkoloniën - EO-Wijers

De inzending van RRog, "WAT WEET EEN BOER VAN SAFFRAAN" werd gekozen uit 36 inzendingen en kreeg een eervolle vermelding. RRog is stout geweest en heeft tegen beter weten in toch een ruimtelijk ontwerp gemaakt. Dit in tegenstelling tot de winnende plannen die een proces hadden opgesteld. De jury kreeg gewetensangst en koos RRog. Wat is een EO Wijers prijsvraag zonder een winnend ruimtelijk ontwerp? Klonk bij de keuze voor RRog misschien een verdeeldheid bij de jury door. We zullen het niet weten. Wat we wel weten is dat we over een aantal jaren zullen zien of procesplannen beter werken dan ruimtelijke plannen. Men denkt nu van wel. De toekomst zal het leren!

De eervolle vermelding is geheel na te lezen op de site (http://eowijers.nl/juryrapport/wat-weet-een-boer-van-saffraan)

Wat weet een boer van saffraan?

Het landschap van de Veenkoloniën is een landschap met bebouwingslinten en een aaneenschakeling van agrarische bedrijven. Een indrukwekkend open landschap. De ontginningslinten bepalen tot op de dag van vandaag het beeld van de Veenkoloniën. Schakel alle linten aan elkaar en je komt van Groningen tot de stad Luxemburg. Deze eindeloze aaneenschakeling van woningen, bedrijven en agrarische erven maakt het landschap van de Veenkoloniën uniek. Dit landschap met het agrarisch bedrijf als belangrijkste speler heeft een enorme kracht. Bij het opstellen van een methodiek moet juist deze kracht moeten worden benut. De methodiek richt zich op het aanjagen van de boeren tot dynamische ondernemers, daar ligt de grootste kans en de grootste uitdaging. De transformatie van het agrarisch bedrijf leidt de transformatie van het landschap zowel in ruimtelijke als sociaaleconomische zin. Alle agrarische erven samen dragen de linten en de linten dragen op hun beurt de hele regio. Het boerenerf als motor van de comfortzone. De vraag is nu, hoe krijgen we die motor aan de praat?

De Energie Compagnie

De eerste stap is het opzetten van de Energie Compagnie. Dit is een coöperatie op basis van particulier initiatief. De Compagnie bouwt aan een financieringsmodel voor duurzame ontwikkelingen in de regio en koopt stroom en gas in voor al haar leden. De Compagnie bedingt korting bij energieproducenten. Tegelijkertijd wordt de Energie Compagnie energieproducent door het contracteren van diverse lokale duurzame energie‐opwekkers, en in het bijzonder door het steunen en oprichten van energie‐erven. Bij de start van een energie‐erf dekt de Energie Compagnie het investeringsrisico af. Dit is cruciaal, omdat het ondernemersrisico in de weg staat wanneer wordt afgeweken van de gangbare bedrijfsvoering. Een andere taak van de Energie Compagnie is bemiddeling. Voordat er een schop de grond in gaat moet eerst een meningsverschil tussen boeren en de bewoners worden opgelost. Het plaatsen van windturbines in de achtertuinen van de bewoners in de linten is onaannemelijk. Er komt geen medewerking voor agrarische ontwikkeling wanneer de molens in de weg blijven staan. Een lint van windmolens langs de Provincialeweg N366 en het kanaal lijkt een betere keuze dan een windpark in de Monden. Hier staan de molens zo veel mogelijk buiten het gezichtsveld van de dorpslinten en maken ze onderdeel uit van een grootschalige, bovenregionale structuur. Een ander onderdeel van bemiddeling is het dirigeren en sturen van geldstromen die voortkomen uit mogelijke bouwontwikkelingen op de energie‐erven. Met een grondbank‐constructie worden opbrengsten die voortkomen uit het opwarmen van agrarische grond ingezet ter bevordering van duurzame ontwikkelingen.

Het energie‐erf en de bionier

Zes procent van de agrarische bedrijven in de Veenkoloniën komt binnen enkele jaren vrij. De Compagnie koopt één of meerdere boerenbedrijven ergens in de Veenkoloniën. Op deze vrijgekomen gronden worden enkele nieuwe agrarische bedrijven gevestigd met de ontwikkeling van duurzame energie als drijfveer. De beheerder van het energie‐erf is de bionier. De bionier wordt de aanjager van het transformatieproces van het traditionele boerenbedrijf naar het nieuwe gemengde bedrijf. De gemengde bedrijven worden verzamelpunten van kennis over verschillende combinaties van agrarische bedrijfsvoering en het opwekken van duurzame energie. Het energie‐erf wordt een informatiecentrum van waaruit alle agrarische bedrijven worden aangespoord mee te doen. Daarnaast wekt het energie‐erf ook sociale energie op. Door middel van werkprojecten en voorzieningen worden mensen uitgedaagd deel te nemen aan activiteiten. Dit zijn activiteiten voor kinderen, bewoners en specifieke doelgroepen van mensen die buiten het reguliere arbeidsproces zijn komen te staan. Met evenementen, buurtfeesten en werkprojecten worden mensen met een bijstandsuitkering, wsw’ers, en gepensioneerden bij het reilen en zeilen van het energie‐erf betrokken. Met manifestaties gericht op de agrarische bedrijfsvoering worden de boeren op het erf genodigd. Het erf wordt een sociaal brandpunt waar ontmoetingen plaatsvinden en waar belevenissen worden opgedaan. Met publiciteit over de evementen rond de bionier en het energieerf komt de motor op gang. Na de eerste energie‐erven komen er meer duurzame, gemengde bedrijven. Goed voorbeeld doet goed volgen.

bottom of page